Bovenstaande vraag kan met een volmondig ‘Ja!’ bevestigd worden. Een hond neem je omdat je er affiniteit mee hebt en je elkaars gezelschap op prijsstelt. Het zou je geen enkele moeite moeten kosten om dingen met hem te delen, voor hem te doen of te laten. Voor de twijfelaars en cijferaars onder de (toekomstige) eigenaars is er een stapsgewijze berekening gemaakt. Want hoeveel tijd moet je nou werkelijk inruimen voor huisgenoot hond?
Type
De soort hond maakt het verschil. Is de beoogde hond bedoeld
om mee te sporten, als gezelschapshond, als hobby, of gaat hij (deels) buiten
dienst doen als beveiliger en bewaker? Is de hond rustig of druk van aard?
Heeft de hond fysiek veel of juist weinig beweging nodig?
Werk- en jachthonden en speelse jonge honden zullen de
meeste tijd in beslag nemen omdat ze een groetere energiebehoefte hebben. Allen
hebben een flinke bewegingsdrang. Is hij bijvoorbeeld geschikt om langs de
fiets te draven? Voor werkhonden zul je een (vervangende) activiteit moeten
zoeken die aansluit bij hun oorspronkelijke arbeid. NB Een Border Collie is na
drie uur net opgewarmd! Bij jachthonden moet hun hang naar avontuur verzadigd
worden. Honden die bruisen van energie dien je bezig te houden, omdat ze anders
zelf (ongewenst) vertier gaan zoeken. Vanuit de optiek van de hond is ‘24/7 met
zijn baas in de weer zijn’ verreweg het ideaal.
Leeftijd
Kies je voor een blanco pup waarvan je de harde schijf nog
zelf moet vullen, een jonge hond die barst van de energie (en moeilijk de
aandacht bij de les kan houden) en die je nog alles moet bijbrengen, een
tweedehandshond die je in zijn nieuwe wereld moet introduceren, een volwassen
bijschaafhond die nog overal voor in is, of een bejaarde hond die blij is met
liefde, aandacht en korte uitjes? Dit alles behoort vóór de aanschaf overwogen worden.
Opvoeding
Omdat de eigenaar
verantwoordelijk is voor zijn hond, ben je verplicht hem deugdelijk op te
voeden. De eerste twee jaren zijn een intensief karwei, dat je gerust in
hondenjaren mag tellen. Leren kost tijd, geduld en vreet energie. Is die
periode succesvol afgerond dan is dat een investering voor de rest van jullie
leven waar je zowel uit en thuis profijt van hebt. Het is niet zo dat je na het
leggen van een slide basis achterover kunt leunen. Observeren, begeleiden en
bijsturen blijven noodzakelijk. Met een pup komen er naast het opvoeden
allerlei zaken bij. Het leren lopen aan de leiband, actief zindelijk maken
(plus dweilen en opruimen), benchtraining, het gefaseerd alleen leren blijven
(het opbouwen gaat met minuten), en het meermaals per dag en tijdens slapeloze
nachten naar buiten laten in het prille beginstadium. Pups kunnen vanwege de
nog bescheiden blaasinhoud, beperkter hun plas ophouden. Aanvankelijk zul je de
pup ’s nachts enkele malen kort buiten moeten laten. Of voor de optie kiezen:
overdreven laat naar bed en extreem vroeg op. Het aantal keren naar buiten
varieert van twaalf keer voor een pup tot vier keer voor de volwassen hond per
etmaal. Na die periode kunnen er best nog ongelukjes gebeuren. Shit happens.
Plus een hond kan ziek worden (denk hierbij aan diarree) of gewond raken
(slecht ter been), waardoor er een afwijkend uitlaatpatroon ontstaat.
Een hond
bepaalt voor een aanzienlijk gedeelte je dagritme. Al heeft de hond een flinke
lap grond ter beschikking, minstens eenmaal daags als afleiding eropuit is een
beproefd recept om de verveling te verdrijven. Wandelen doen de meeste
eigenaars meestal op ongeveer hetzelfde tijdstip, al kun je best een marge
aanhouden om de hond niet te afhankelijk van de klok te maken. Gemiddeld wordt
een hond vier keer per dag uitgelaten. Wandelingen zijn bedoeld voor: de
blaas en maag te legen, fysiek en mentaal moe te worden, snuffelen(en route) de
krant lezen, en bij de toegang van een speelweide het ‘gastenboek’ doornemen),
soortgenoten te ontmoeten, vrij te rennen en te spelen. Je kunt kiezen voor
twee langere losloopwandelingen à 60 - 120 min. en twee
twintig-minuten-ommetjes (aan de lijn) zoals de avondroute. Het zou overbodig
moeten zijn maar tijdens barre weersomstandigheden, of tijdens een spannende
film moet de hond er als gebruikelijk uit. Een of twee keer per week de uitlaatservice
inschakelen, is voor de hond die dol is op andere honden een leuk verzetje.
Houd je niet van wandelen of ben je daartoe lichamelijk niet in staat, kortom
‘is uitlaten een opgave voor jou’, neem dan geen hond. Vergeet bij de optelsom
aan het einde niet de tijd die nodig is voor het afdrogen van de hond na een natte
wandeling (het wassen na een happy roll in …, het verzorgen van de vacht, en
voetzolen en poten (na een sneeuwuitje).
Aanwezigheidspremie
Thuis is waar je baas is. Honden zijn roedeldieren die van gezelschap houden. Elke hond heeft recht op kwaliteitstijd: persoonlijke aandacht, aaisessies, geknuffel en gewoon genieten van elkaars nabijheid. Reken uit hoeveel real time je met elkaar kunt doorbrengen. Als je veel en vaak van huis bent, kun je beter geen hond nemen ( of je hond met iemand delen, zoals een oppasoma en/of -opa) Redelijk voor een hond is om circa 3 of 4 uur per dag alleen te kunnen zijn. Leuk vinden de meesten het allerminst. En zeg nou zelf, je hebt de hond niet aangeschaft om hem thuis in zijn uppie te laten verpieteren. Overdag ben je minimaal 6 uur aanwezig.
Zelfreflectie
Hoeveel tijd
wil en kun je vrijmaken? Stel: je hebt twee (schoolgaande) kinderen en een
parttime baan. Daarnaast bestier je een druk huishouden (boodschappen doen,
koken, poetsen, klusjes et cetera) spreek je af met familie en vrienden, en
neem je deel aan overige activiteiten. Je snapt het al: ben jij een
organisatietalent dat efficiënt kan plannen, of kom je zonder hond al tijd
tekort voor al je bezigheden? Hoewel je binnen het gezin taken kunt
verdelen, kun je er donder op zeggen dat het meeste werk op de schouders van
één iemand terecht komt. Als jij dit leest, bij jij dat naar alle
waarschijnlijkheid.